Het busbedrijf Tanner KG geeft elk van zijn Setra touringcars een heel persoonlijk tintje – het opvallende design is van de hand van de designadviseurs en de folie-experts van Daimler Buses.

Marc Jech van Daimler Buses IndividualDesign herinnert zich nog goed wat hij dacht toen Omnibus Tanner hem vroeg om het exterieurontwerp voor een nieuwe Setra S 531 DT te maken: "Geweldig, hier kunnen we onze creativiteit de vrije loop laten en zullen we bij hoge eisen enorm veel plezier beleven aan het project. "De ontwerper kent het busbedrijf Tanner en zijn stijl al vele jaren – want het bedrijf bestelt regelmatig extravagante designs in Neu-Ulm.

Het motief van de dondergod Thor ontstond tijdens de nauwe samenwerking tussen designexpert Marc Jech van Daimler Buses en Robert Tanner, directeur van Tanner KG in Dormitz. Het sluit aan bij eerdere motieven van godheden en fabelwezens zoals Poseidon en Pegasus, die de bussen van Tanner zo bijzonder maken. Elke Setra-touringcar in het wagenpark van Omnibus Tanner onderscheidt zich namelijk door een uniek design. “Bij ons heeft elke bus een ander motief en is in een andere kleur uitgevoerd. We zijn begonnen met sterrenbeelden en zijn daarna overgestapt op fabelwezens,” legt Robert Tanner uit.

Bij het ontwerpproces gaan technische haalbaarheid en creativiteit hand in hand. Bij de S 531 DT moet bijvoorbeeld rekening worden gehouden met de bijzonderheden van de dubbeldeksbus, die door de royale ruiten helemaal niet zoveel ruimte biedt voor de vormgeving van het exterieurdesign. Bij alle overwegingen gaat het er altijd ook om dat elk design technisch uitvoerbaar is op het voertuig. "Eigenlijk biedt alleen het achterste deel van het voertuig veel ruimte", zegt Jech. "We hebben verschillende ontwerpen uitgeprobeerd en getest welke positie ideaal is voor de hamer."

Na het selecteren van het motief begint het detailwerk. Eerst werd Thor steeds verder verfijnd, daarna werden details toegevoegd: sterren, lichteffecten, bliksems. De dondergod lijkt bijna alsof hij omgeven is door energie en op het punt staat zijn bliksemschichten te werpen. De klant is tevreden met het motief en de technische haalbaarheid is ook bevestigd – daarmee is het werk van Marc Jech, die het fascinerende motief ontworpen heeft, voltooid.

Het foliecompetentiecentrum van Daimler Buses in Neu‑Ulm vormt vervolgens de schakel tussen design, techniek en productie. Hier worden de gegevens voor de foliedruk geanalyseerd, opgeschoond en volgens de productiespecificaties voorbereid. Uit de ruwe gegevens ontstaat een drukklaar sjabloon dat ook de ultramoderne techniek in Neu‑Ulm vereist. “Onze apparaten zijn dan wel een kwartier bezig met rekenen”, vertelt Julian Ruiz‑Castellanos.

De folies kunnen worden gezien als reusachtige stickers die op het voertuig worden aangebracht. Hiervoor brengen de experts van het foliecompetentiecentrum zogenaamde plaatsingspunten aan op het voertuig, die aangeven waar de folies moeten worden aangebracht. "Dat is echt precisiewerk", zegt Julian Ruiz-Castellanos. Daarom zijn er twee tot vier mensen nodig om elke afzonderlijke folie aan te brengen. De folie wordt met een roller aangedrukt en door ervaren medewerkers zo aangebracht dat het motief aan het einde nauwkeurig is geplaatst.

Robert Tanner hecht veel waarde aan het mythologisch ogende motief dat zich niet alleen in het ontwerp van de zijkanten, de achterkant en de voorkant bevindt, maar ook in de spiegels, wieldoppen en de skikoffer. Een uitdaging die ontwerper Marc Jech en het team van Julian Ruiz‑Castellanos met glans hebben doorstaan. Robert Tanner is ervan overtuigd: "We hebben altijd de mooiste touringcar op de parkeerplaats."